Chemiereus LyondellBasell produceert zelf plastics, maar investeert ook doelgericht in bedrijven die zich toeleggen op het recyclen van kunststoffen. De jongste investering is een 50-procentsbelang in het jonge Limburgse Stiphout Industries. Een bedrijf dat in 2015 werd opgericht door de toen 28-jarige Eline Stiphout. „Ik ben ontzettend trots, we hebben een heel goede deal gesloten,” reageerde Eline Stiphout woensdagavond. „Nadat ik werd benaderd door LyondellBasell waren we er snel uit. Ik krijg een partner aan boord waarmee we een flinke groei kunnen realiseren.”

Vuilstort

Op de voormalige vuilstort in Montfort verwerkt het bedrijf – op drie zelf ontwikkelde productielijnen – door malen, wassen en scheiden, huishoudelijk plasticafval tot snippers, die weer dienen als grondstof voor nieuwe plastic artikelen. In twintig minuten wordt van vies, stinkend huishoudelijk plastic, schoon basismateriaal gemaakt. Zonder heet water, zonder schadelijke chemicaliën en met een gesloten watersysteem. Inmiddels zo’n 18 miljoen kilo per jaar. Afval dat anders in de verbrandingsovens zou terechtkomen. Er werken dertig mensen. Een deel van het personeel heeft een afstand tot de arbeidsmarkt.

Eline Stiphout wil meer. Opschalen vooral. Dat kan met de hulp van de nieuwe mede-eigenaar LyondellBasell. Er wordt dit jaar een vierde productielijn gebouwd. De productie groeit van 18 naar 30 miljoen kilo. Het aantal werknemers gaat richting de veertig à vijftig.

QCP

De Amerikaanse chemiereus LyondellBasell heeft de ambitie om in 2030 twee miljoen ton gerecyclede en op hernieuwbare bronnen gebaseerde plastics per jaar te produceren. Met dat doel werd in 2018 samen met de Franse afvalverwerker Suez de grote Geleense plasticrecycler QCP gekocht, en in 2020 werd het Belgische recyclingbedrijf Tivaco overgenomen. De deelneming in Stiphout past in dit rijtje. Het is de bedoeling dat de balen met plastic snippers uit de fabriek van Stiphout naar QCP gaan voor verdere verwerking tot kunststof korrels.